Henk den Hartigh

Henk den Hartigh begon zijn loopbaan bij Schothorst Feed Research in 1983, als analist, en werkte toen twintig uur per week. “Ik zat niet alleen in het lab, maar hielp ook mee in het pluimveeonderzoek. Zo heb ik hanen ‘gemolken’ voor het insemineren van hennen,” zegt hij met een lach. Eind jaren ’80 kwamen er ook veterinaire taken bij, zoals bloedprikken en histologie. Vanaf begin jaren 90 kreeg hij de leiding over het analytisch en dierkundige lab. Tot 2022 heeft hij met veel plezier het team van het lab geleid.

Henk woont in ’t Harde, tussen Harderwijk en Zwolle, een halfuurtje rijden van Schothorst. “In het begin waren het analytische labwerk en het veterinaire laboratorium gescheiden, maar dat is in de loop der jaren steeds meer samengekomen,” vertelt hij. Tegenwoordig vallen ook de diertechnici onder het lab. “Het is logisch dat degene die de monsters neemt, ook weet welke analyses ermee gedaan worden.”

In de jaren dat Henk bij Schothorst werkt, heeft hij veel veranderingen gezien in het lab. “We zijn bijvoorbeeld overgestapt van de traditionele Kjeldahl-methode voor stikstofanalyses naar Dumas, en NIRS heeft veel nat-chemische analyses vervangen,” vertelt hij. “We hebben nu gespecialiseerde apparaten die het werk voor de analisten eenvoudiger en efficiënter maken.” Ook ICT en kunstmatige intelligentie met zelflerende algoritmen spelen nu een belangrijke rol in het onderzoek. “Maar de menselijke expertise blijft onmisbaar. Een kritische blik op de laboratoriumuitslagen is nodig om fouten te herkennen en verbeteringen door te voeren,” vindt Henk.

Twee jaar geleden maakte Henk de overstap van het laboratorium naar kwaliteitscontrole en arbodienst. Hij voerde toen al audits uit voor Schothorst, Lloyds en Voederwaarde.nl. “Het doel van een audit is altijd om te verbeteren als organisatie, niet om mensen af te rekenen op foutjes. Iedereen maakt fouten, als je er maar van leert,” benadrukt hij.

Henk houdt van het procesmatige werk en ziet audits als een kans om aandachtspunten aan te kaarten en verbeteringen voor te stellen. “Natuurlijk moet je ook risico’s en moedwillige fouten signaleren en aanpakken, maar het gaat altijd om het gezamenlijke doel,” vertelt hij.

Met zijn rol in de arbodienst adviseert Henk intern over arbeidsomstandigheden, maar de eindverantwoordelijkheid ligt bij het management. “Niemand wil dat medewerkers uitvallen omdat ze te zwaar werk moeten doen of van de trap vallen,” zegt Henk. Hij merkt dat Arbo- regels vaak gezien worden als bureaucratie, maar volgens hem is dat onterecht. “Veiligheid moet echt in de mindset van iedereen zitten. Ik heb liever dat je langer doet over een taak en het veilig doet, dan dat je snel werkt en een blessure oploopt.”

Henk erkent dat het soms lastig is om mensen het belang van Arbo-regels te laten inzien. “Je merkt de schade vaak pas later, terwijl het voorkomen had kunnen worden,” zegt hij. Hij benadrukt het belang van goede voorbeelden van leidinggevenden, praktische werkplekken en het beschikbaar hebben van veiligheidsbrillen en helmen. “Ook al rijd je al jaren op een vorkheftruck, je hebt een heftruckrijbewijs nodig. Zonder dat rijbewijs is de hele organisatie in de problemen als er iets misgaat.”

Controle en regelgeving worden steeds strenger, ook op het gebied van arbeidsomstandigheden. Maar volgens Henk zijn registratie en naleving van de regels cruciaal voor een veilige werkomgeving.