Jaap Rozendaal

Jaap begon in augustus 1982 bij Schothorst als dierverzorger varkens, na zijn middelbare landbouwschool. “In het eerste jaar kreeg ik ook de kans om rond te kijken bij de andere diersoorten, zodat ik meteen een goed beeld kreeg van de hele bedrijfsvoering.” Schothorst is een onderzoeksbedrijf, en dat maakt de werkzaamheden vaak net wat anders georganiseerd dan op een regulier veehouderijbedrijf. Jaap helpt nog steeds regelmatig mee bij onderzoeken met rundvee en pluimvee. “Het is fijn dat iedereen hier zo goed samenwerkt en dat we elkaar ondersteunen tijdens drukke onderzoeken. Dat zorgt ook voor variatie in het werk,” zegt hij tevreden.

Jaap groeide op in Putten, op het ouderlijk bedrijf met koeien en vleesvarkens, en hij rijdt nog elke dag op en neer naar Lelystad. Hij werd ook betrokken bij het samenstellen van onderzoeksvoeders. “Die voeders moeten natuurlijk precies voldoen aan de eisen van de klant,” legt hij uit. Daarom werkt Schothorst
samen met een proefvoerfabriek die flexibele productiemogelijkheden biedt.

Na verloop van tijd is Jaap weer fulltime in de stal te vinden. In de afgelopen decennia heeft hij veel veranderingen gezien: “Het werk is fysiek minder zwaar geworden. In de beginjaren moest er veel gesjouwd worden met stro en voerzakken. Ook het wegen van biggen was zwaar werk, maar dat is nu gelukkig allemaal gemechaniseerd en geautomatiseerd.”

Door nieuwe wet- en regelgeving in de veehouderij is er veel veranderd, zoals in de huisvesting. Jaap vertelt: “Onze zeugen lopen nu vrij in de kraamstal, en we zijn al een paar jaar geleden gestopt met het couperen van biggenstaarten en het snavelkappen bij hennen.” Zulke omschakelingen vragen gedegen onderzoek. “We moeten bijvoorbeeld goed kijken naar de gevolgen voor voersamenstellingen, zoals bij loslopende zeugen of bij het voorkomen van verenpikken en kannibalisme bij hennen.”

Het personeelsbestand is ook sterk gegroeid sinds Jaap begon, van veertig naar ongeveer honderd medewerkers. “We hebben nu ook meer internationale collega’s. Soms is de communicatie lastig voor het stalpersoneel, maar met handen en voeten komen we er wel uit. Het is fijn dat er vanuit het management gestimuleerd wordt dat buitenlandse onderzoekers Nederlands leren.”

Ook in de gebouwen is er veel vernieuwd, van nieuwe stallen tot een opgefriste kantine.

“De samenwerking blijft hier altijd goed,” zegt Jaap. “Ik kan makkelijk bij de onderzoekers of het lab binnenlopen voor overleg. En er is echte aandacht voor elkaar, wat zorgt voor een fijne werksfeer en een goede balans tussen werk en privé.” Die cultuur maakt dat iedereen bij Schothorst kan ‘groeien en bloeien,’ besluit Jaap met een glimlach.